Renovatie Oceanium: Eilandhoppen gered!

Foto: @annemiekvandillen (BB-Insta)

”It giet oan”, zo verklaren de presentatoren van Zoo Inside feestelijk. Aan hen was de primeur om te melden dat de kogel door de kerk is: het Eilandhoppen-project sterft geen roemloze dood. Eens bedoeld als geschenk aan Blijdorp wegens het 55-jarige bestaan van de Vereniging in 2018, zal Eilandhoppen een record vestigen. Nog nooit eerder stelden de Vrienden zo’n bedrag ter beschikking: zo’n twee miljoen euro. Hoewel dat prijskaartje zeker het resultaat is van stijgende bouwkosten, krijgen we ook flink wat terug voor deze investering: drie biotopen voor de prijs van één.

De Diergaarde en de Vrienden hebben zich de afgelopen tijd gebogen over deze lastige situatie: enerzijds is er al een stukje Eilandhoppen gerealiseerd in de vorm van het makiverblijf, dat bedoeld was als introductie voor de kas. Toch bleven fondsen een probleem, al helemaal naarmate duidelijker werd hoe duur precies de aanbouw wel niet zou uitvallen. Nu wordt gemeld dat er een ontwerp ligt dat het project financieel haalbaar maakt, terwijl er minimaal wordt ingeleverd op de oorspronkelijke doelstellingen: het beste van beide werelden.

Hoewel het niet exact duidelijk is op welke onderdelen van het ontwerp bezuinigd wordt, blijft de opzet grotendeels ongewijzigd. Waar het ringstaartverblijf een weergave is van het uitgestrekte droge ecosysteem op Madagaskar, komen bezoekers na hun rondje door de buitenlucht terecht in een vochtige, tropische hal. Hier worden de regenwouden van de oostkust nagebootst. Hier krioelt het van de levensvormen en dat blijkt ook uit de oorspronkelijke plannen: kameleons, Madagaskarwevers, boegsprietschildpadden, smalstreepmangoesten en muismaki’s zijn stuk voor stuk genoemd. Ook de ploegschaarschildpadden, spinschildpadden en Madagaskarleguanen, tegenwoordig in het Natuurbehoudscentrum ondergebracht, behoren tot de opties. De fauna wordt ondergebracht in aparte verblijfjes die binnen in de kas gecreëerd worden. Ook de botanisten kunnen er hun hart ophalen. Madagaskar staat immers bekend om unieke flora zoals de waterbanaan en de reizigerspalm. Het groen wordt zeker niet uit het oog verloren bij het invullen van de kas.

Madagaskar beslaat grofweg een derde deel van de beoogde uitbouw, aan het oostelijke uiteinde. Wat resteert, vormt één ruimte zonder tussenmuur, maar beslaat desalniettemin twee totaal verschillende werelden: Komodo, gelegen in de Kleine Soenda-eilanden, en de Galapagos, een archipel in de Stille Oceaan. Allereerst bezoeken we Komodo: een stukje UNESCO Werelderfgoed. In tegenstelling tot grotere Indonesische eilanden zoals Borneo en Sumatra, bestaat Komodo vooral uit tropische savannes – vanzelfsprekend zal het verblijf niet al teveel weelderige planten tellen. In het recente verleden hebben de Komodovaranen in Blijdorp twee onderkomens gehad: één in de Rivièrahal en één in het Aziëhuis. Uit beide verblijven heeft de dierentuin lering getrokken en het verblijf wordt dan ook uiterst diervriendelijk. Met een gronddiepte van tussen de 50 en 75 centimeter diep kan er naar hartenlust worden gegraven en er kan gezwommen worden in een waterpartij. Doorgaans zullen de dieren individueel verblijven in hun eigen ruime verblijven en alleen wanneer het vrouwtje vruchtbaar is, worden de perken gekoppeld. Als bezoeker kijk je van bovenaf het verblijf in: niet geheel ongelijk aan de Krokodillenrivier, alleen bedraagt het hoogteverschil hier slechts één à twee meter.

Visueel wordt deze helft gescheiden van het volgende segment door beplanting en een hutje, bestemd voor uitleg over wat er komen gaat: de Galapagos! Haar extreme isolatie maakte deze eilandenreeks (eveneens Werelderfgoed) tot een informatieschat voor de alom bekende bioloog Charles Darwin, met als bekendste voorbeeld natuurlijk de Galapagosreuzenschildpadden. Het bezoekerspad slingert vanaf het hutje dwars door het lager gelegen schildpaddenverblijf heen, al kunnen de schildpadden onder een brug door om beide helften bereiken. Het verblijf wordt gethematiseerd door de twee ouders van de Galapagos: water en vuur. Door het verblijf worden afgekoelde lavaformaties verspreid, er komt een stuk van het verblijf met zout water en zelfs het pad kleurt zwart. Niet alleen zijn al deze ontwerpkeuzes leuk voor het publiek, maar ze zijn ook nuttig. Galapagosreuzenschildpadden zijn niet per se solitair, maar ze hebben van tijd tot tijd ook best behoefte aan wat rust. Een visuele barrière in de vorm van het verhoogde pad zou daarbij van pas komen. Ook zouden de zogenaamde lava flows enig reliëf geven, wat een goede spieroefening is voor deze zwaargewichten die bij een egale grond soms pootproblemen ontwikkelen. Oudere concepten uit 2018 tonen ook een mogelijk buitenverblijf, al wordt dit in recentere ontwerpen niet getoond.

Eerdere ontwerpen laten ook wat andere interessante ontwerpkeuzes zien. Zo loopt de verzorgersruimte onder het bezoekerspad en is er onder de Galapagos-hut ruimte om de dieren te separeren. Ook werd er nagedacht over een doorsteek, bedoeld voor drukke dagen, waardoor bezoekers desgewenst direct van het begin van het Komodosegment naar de ingang van het Natuurbehoudscentrum kunnen lopen. Opmerkelijk is dat op de plattegronden een verblijfje voor de Filipijnse zeilhagedis is ingetekend bij deze bypass, want deze oude bekende uit het Aziëhuis krijgt al een onderkomen in het Natuurbehoudscentrum.

Vooralsnog doen zowel de Diergaarde als de Vrienden-top nog geen uitspraak over de nieuwe ontwerpen. Bronnen melden dat de beoogde startdatum voor het project ergens in de tweede helft van 2020 ligt. Mocht er nieuwe informatie opduiken, zal Blijdorper Bende daar uiteraard over berichten.

Natuurbehoudscentrum: de Ark is Geopend!

Foto: Vrienden van Blijdorp (vriendenvanblijdorp,nl). Het ‘glazen huis’

Vandaag was het dan zover: vele maanden aan zwoegen werden beëindigd met een ruk aan een gordijntje. Het Natuurbehoudscentrum, gesitueerd in de zaal waar voorheen een stukje woestijn werd gesimuleerd in de vorm van de Zee van Cortez, is een feit. Het Natuurbehoudscentrum, hoewel misschien klein in formaat, belichaamt de taakstelling van Diergaarde Blijdorp. Uiteraard is een onvergetelijk dagje uit iets waar de dierentuin naar streeft, maar wanneer puntje bij paaltje komt, gaat het om de conservatie van de mondiale biodiversiteit. Werkelijk iets om trots op te zijn.

Foto: Greet van Norde (vriendenvanblijdorp.nl)

Voorafgaand aan de opening van het Natuurbehoudscentrum mocht Marcel Kreuger namens de Vrienden van Blijdorp, de geldschieters van het project, even het woord voeren. Er werd stilgestaan bij wijlen Henk Zwartepoorte, in vele opzichten een onvergetelijk man. In de decennia dat hij actief was voor Diergaarde Blijdorp, slaagde hij erin om met vele uiterst zeldzame schildpaddensoorten te fokken. Misschien nog wel belangrijker was zijn bereidheid om deze kennis te delen met de wereld, waarmee hij organisaties als de Turtle Survival Alliance van grote dienst was. Omdat in de Diergaarde de middelen ontbraken om zijn volledige visie te verwezenlijken, zette hij de Stichting ReHerp op touw. Na zijn overlijden is een belangrijke drijfveer achter natuurbescherming weggevallen. ReHerp zal dan ook een groot deel van zijn collectie terugsturen naar hun bakermat, Blijdorp. Mary Vriens, huidige voorzitter van ReHerp en vrouw van Henk, mocht dan ook een gedenkplaat voor Henk onthullen in het Natuurbehoudscentrum en twee Egyptische landschildpadden vrijlaten in hun nieuwe onderkomen.

Foto: Jop Kempkes (BB-Facebook/Beheer)

Nog niet het gehele Natuurbehoudscentrum is af. Naar verwachting zal het nog een aantal weken duren totdat alle diersoorten te zien zijn. Een van de soorten die nu wel al aanwezig is, is dus de Egyptische landschildpad, in de wetenschap bekend als Testudo kleinmanni. Het IUCN merkt hem aan als kritiek bedreigd en de populatie krimpt nog altijd, omdat de Egyptische en Libische autoriteiten niet in staat zijn om de vernietiging van zijn leefgebied en de illegale huisdierenhandel een halt toe te roepen. De Egyptische landschildpad is een geboren overlever: zijn geringe grootte – de maximale schildlengte bedraagt nog geen vijftien centimeter – betekent dat hij niet veel voedingsstoffen nodig heeft en zijn lichaamskleur zorgt ervoor dat hij wegvalt tegen zijn omgeving. Het verblijf van de Egyptische landschildpad is direct bij binnenkomst een blikvanger. Het is op zich een vrij simplistisch opgezet onderkomen, maar de sporadische planten en rotsen bieden de dieren meer dan genoeg mogelijkheden om zich te verstoppen. Blijdorp had al een zevental van deze dieren achter de schermen, een gedeelte zal daar ook blijven. Het EEP van deze soort wordt sinds kort ook beheerd vanuit Diergaarde Blijdorp.

Foto: Jop Kempkes (BB-Facebook/Beheer)

De overburen van de Egyptische landschildpadden zijn de San Francisco-lintslangen. Het verblijf is een kunstwerkje op zich: het is een zeer divers verblijf, met waterige gebieden, drogere hooglanden, vele boomstronken en rotsspleten en wat hogere beplanting. Op zich zijn lintslangen een vrij talkrijke groep dieren, maar van deze specifieke variant wordt gedacht dat er nog maar een paar duizend exemplaren leven in het wild.

Foto: Jop Kempkes (BB-Facebook/Beheer)

De achterste zijde van het glazen huis is bestemd voor een stelling met terraria zoals je die wellicht ook achter de schermen zou aantreffen: het doet enigszins denken aan het Publiekslab. Het zijn stuk voor stuk verblijfjes die zo ingericht zijn dat ze makkelijk aangepast kunnen worden om onderdak te bieden aan verschillende soorten. Reptielenliefhebbers opgelet, hier zullen een aantal zeer zeldzame soorten te vinden zijn. Momenteel is de enige inwoner een jonge pannenkoekschildpad, wiens ouders vertoeven in de Krokodillenrivier. Volgens de bordjes kunnen we in de komende weken ook kleine McCordsslangenhalsschildpadden en spinschildpadden verwachten. Deze twee soorten zijn al een aantal jaar exclusief achter de schermen te vinden. Ook wordt hier met zeldzame planten gewerkt, momenteel is één terrarium toegewezen aan bromelia’s en in de nabije toekomst komen er ook primula’s – Diergaarde Blijdorp beheert van deze twee planten de Nationale Plantencollectie.

Foto: Wikipedia. Archieffoto van de Cyprinodon longidorsalis

Aan de voorkant van het glazen huis zijn drie aquaria opgesteld. Hoewel de filters hiervan momenteel nog op gang moeten komen en de aquaria nog leeg staan, weten we dat hier een aantal zeer zeldzame vissensoorten komen. Zo komt er een Mexicaanse rivierhabitat waar de La Palma tandkarper (Cyprinodon longidorsalis) een plekje krijgt. Het verhaal van dit visje kent zijn gelijke niet. Hij komt uit een rivier in Noordoost-Mexico, de Ojo de Agua la Presa – of beter gezegd, één kleine sectie van deze rivier. Een slootje dat bekend staat als Charco La Palma, met een oppervlakte van 10 vierkante meter en maximaal 1,5 meter diep: mogelijk het kleinste verspreidingsgebied van alle gewervelden. Als gevolg van opdroging door irrigatie is deze soort in 1994 in het wild uitgestorven. Ook een andere Mexicaanse vissensoort, de Zoogoneticus tequila, is overgekomen uit Aquazoo Düsseldorf. Doordat invasieve vissensoorten zijn uitgezet in zijn natuurlijke habitat, was hij bijna uitgestorven. Gelukkig lijken beschermingsmaatregelen hun vruchten af te werpen, maar voorlopig is de situatie alsnog dusdanig penibel dat deze soort voor de zekerheid achter de schermen blijft. Hetzelfde geldt voor de Allodontichthys polylepis, die functioneel is uitgestorven in het wild.

Foto: Ron DeCloux (AquaInfo). Archieffoto van de Paretroplus menarambo

Een tweede aquarium staat in het thema van Madagaskar. Zo gaat Blijdorp mangaraharacichliden voor de schermen houden. Van deze soort werd gedacht dat hij in het wild uitgestorven was, met alleen nog drie mannetjes in de dierentuin van Londen. Gelukkig werd bij een expeditie nog een klein groepje vrouwtjes aangetroffen dat vervolgens naar Europa getransporteerd is, waardoor de toekomst van de reservepopulatie in gevangenschap nu in ieder geval veilig gesteld lijkt. Ook gaat de Diergaarde werken met de bedreigde Malagassische soorten Pachypanchax sakaramyi, Pachypanchax menaramboParetroplus menaramboParetroplus damii en Paretroplus kieneri. Welke hiervan precies voor en achter de schermen komen, is nog niet duidelijk. Het derde aquarium gaat onderdak bieden aan achoque’s (Ambystoma dumerilii), een kritiek bedreigd broertje van de axolotl-salamander.

Foto: Jop Kempkes (BB-Facebook/Beheer). Het nieuwe vogelverblijf biedt vele landschapselementen waarachter de stressgevoelige inwoners desgewenst kunnen ontkomen aan het publiek.

Het centrale glazen huis, dat alleen toegankelijk zal zijn wanneer er vrijwilligers aanwezig zijn, is omgeven door nog een aantal verblijven. Het enige verblijf buiten het glazen huis dat momenteel in gebruik is genomen, is dat voor Aziatische zangvogels. Eigenlijk is dit het voormalige grondeekhoornverblijf met enkele lichte aanpassingen. Het koppeltje Balispreeuwen uit Taman Indah heeft hier zijn intrede gedaan, samen met een paartje roodoorbuulbuuls. In de nabije toekomst worden er shamalijsters en Palawan-pauwfazanten toegevoegd aan dat lijstje. Naast dit verblijf is een groot beeldscherm geplaatst waar bezoekers meer kunnen leren over de diverse conservatieprojecten waar de Diergaarde deel aan neemt.

Foto: Jop Kempkes (BB-Facebook/Beheer). Het krokodillenstaartjesverblijf in wording.

Nog vier andere Zee van Cortez-verblijven maken een terugkeer in een nieuw jasje. De Coloradopadden houden hun oude stek, de gilamonsters nemen een oud slangenverblijf nabij de ingang over. Een oud verblijf naast de toegang tot het Kelpwoud wordt momenteel geschikt gemaakt voor de Filipijnse zeilhagedissen, een paar oude bekenden van Blijdorp. Daartegenover is het oude zoutwateraquarium terug te vinden. Momenteel zijn hier alleen een drietal Cortez doktersvissen een een paartje egelvissen aan te treffen. Nieuw zijn de momenteel nog leegstaande verblijven voor Antilliaanse groene leguanen, ploegschaarschildpadden, krokodilstaarthagedissen en vuursalamanders, alsmede de nieuwe ruimte met broedmachines.

Kort gezegd: het Natuurbehoudscentrum is nog alles behalve af en dat zal het ook nooit echt zijn. Zijn inwoners zullen komen en gaan zoals natuurbeschermingsorganisaties dat nodig achten. We zullen nog veel horen van dit stukje Oceanium…

Nieuwjaarslezing 2019

Foto: Vrienden van Blijdorp (Facebook)

Met meer dan 1,4 miljoen bezoekers was 2018 een mooi jaar voor Blijdorp. De oplevering van het geladaverblijf was een mijlpaal, maar ook het makiverblijf luidde een nieuwe fase in voor de verbouwing van het Oceanium. En 2019 belooft evenveel mooie momenten, als niet meer. Op de jaarlijkse Nieuwjaarslezing van de Vrienden van Blijdorp had directeur Erik Zevenbergen meer dan genoeg om te vertellen.

Te beginnen met de lopende projecten. Nadat in 2018 al een mooi doorloopverblijf voor ringstaartmaki’s uit de grond werd gestampt, zijn de verwachtingen hoog gespannen voor de rest van het project Eilandhoppen. Wel zullen we nog even geduld moeten hebben, want het zou heel goed kunnen dat de werkzaamheden flink wat tijd in beslag gaan nemen. In grote lijnen blijft de opzet van deze nieuwe aanbouw van het Oceanium ongewijzigd, maar aan de nieuwe plattegronden en conceptafbeeldingen is te zien dat de exacte invulling beetje bij beetje duidelijk wordt. Wanneer je het makiverblijf, een nabootsing van de dorre zuidkust van Madagaskar, verruilt voor de tropische sferen van de kas waan je je in een regenwoud. Op diverse plekken in de hal, die ruim zes meter hoog wordt, maak je kennis met de excentrieke eilandbewoners. In het oog zal gelijk het verblijf voor de boky-boky’s springen, een immer actieve mangoestensoort. Ook worden er verblijven ingericht voor Madagaskarleguanen, de felrood gekleurde Madagaskarwevervogels en de uiterst zeldzame ploegschaarschildpadden. Daarnaast is het de bedoeling dat het flora-aspect van de natuur hier nadrukkelijk naar voren komt, met onder andere de waterbanaan als bijzondere verschijning.

Via het ‘Komodo Ranger Station’, een educatieve tussenruimte, kom je in de rest van de nieuwe kas. In deze ruimte ga je op expeditie langs de Komodovaranen en Galapagosreuzenschildpadden, beide reusachtige reptielensoorten, van elkaar visueel gescheiden door een flinke hoeveelheid beplanting. In het segment van de Komodovaranen loopt het pad langs de muur van de ruimte, met de varanen in de binnenbocht. Vergelijkbaar met de Krokodillenrivier kijk je hier van bovenaf het verblijf in, dat ongeveer één of twee meter lager dan het pad ligt. De opzet van het verblijf is in vele opzichten eigenlijk het beste van twee werelden, vergeleken met de huidige verblijven in het Aziëhuis en de Rivièrahal. In tegenstelling tot het Aziëhuis wordt er uitgegaan van een doorgaans gescheiden bestaan van het mannetje en vrouwtje, met alleen contact tussen de dieren wanneer het vrouwtje vruchtbaar is. Tevens wordt het verblijf ingericht zodat er weer lekker gegraven kan worden zoals dit het geval was in de Rivièrahal, met een gronddiepte variërend van 50 tot 75 centimeter. Ook komt er weer een waterpartij voor de dieren om in de zwemmen, een van de grote verbeteringen in het Aziëhuis. Daarnaast wordt het verblijf uitgerust met sproei-installaties en UV-lampen.

Via een educatief hutje kom je bij de reuzenschildpadden. Dit gedeelte is het minst nauwkeurig uitgewerkt van de drie zones. Wel is het goed duidelijk geworden dat er veel wordt ingegaan op de geologie van de archipel, gevormd door water en vuur. Er komt een stuk met zeewater, omgeven door gestolde lava en meer van dit soort rotsblokken liggen verspreid door het perk. Leuk voor het publiek, maar ook nuttig voor de dieren: in gevangenschap kampen schildpadden vaak met pootproblemen omdat ze te weinig bewegen en het is bewezen dat enig reliëf goed is voor de ontwikkeling van dat soort spieren. Het pad loopt dwars door het perk heen met halverwege een brug waar de schildpadden onderdoor kunnen.

Het is wellicht minder interessant voor het publiek, maar voor de verzorgers moet Eilandhoppen een vooruitgang in werkomstandigheden bieden. De verzorgersruimte loopt onder het bezoekerspad en zo hoeven ze zich op drukke dagen niet door de menigtes heen te worstelen. Onder de Galapagos-hut is er ruimte om de dieren te scheiden van elkaar. Op drukke dagen kan de Diergaarde een ander pad openstellen, een zogenaamde bypass, waarmee men vanaf het Komodo Ranger Station gelijk naar de ingang van het Natuurbehoudscentrum gaat. Opmerkelijk is dat op de plattegronden een verblijfje voor Filipijnse zeilhagedissen is ingetekend bij de bypass, want volgens andere plannen zou deze soort, vroeger te zien in het Aziëhuis, al een onderkomen krijgen in het Natuurbehoudscentrum.

Aan de andere kant van de Diergaarde, bij de Oude Ingang, sleept zich al jaren een bouwproject voort: de aanpassingen aan het Flamingo-Strand. Door een nieuwe wet mogen vogels niet meer geleewiekt worden: de permanente ingreep waardoor vogels niet meer kunnen vliegen. Grootschalig kortwieken van de flamingo’s is niet haalbaar, dus is het onvermijdelijk dat er een volière moet worden gemaakt over het bestaande flamingoverblijf. Meteen stuitte dit plan echter op veel weerstand vanwege de strenge regels die gelden voor dit stukje Diergaarde, met oog op Van Ravesteyns monumentale ontwerpen. Maar, er zit schot in de zaak! Inmiddels heeft Blijdorp een architect in arm genomen die zich specialiseert in dit soort zaken en er is nu een ontwerp dat hopelijk zonder veel ophef uitgevoerd kan worden. Het wordt een ronde volière, waar de bezoeker naar binnen kan en vanaf een vlonder de dieren kan bewonderen. Er wordt gestreefd om de nieuwe volière dit najaar op te leveren.

Bij de Nieuwjaarslezing werd echter niet alleen gekeken naar wat voor plannen dit jaar verwezenlijkt kunnen worden. Erik Zevenbergen ging ook in op de financiële situatie van het park. De exploitatie van de dierentuin is voldoende om de bedrijfsvoering mee rond te krijgen, maar het budget staat weinig toe op het gebied van grote bouwprojecten. Daarom wil de Diergaarde zich wenden tot externe partijen, zoals de directeur ook al liet weten bij zijn interview met Blijdorper Bende vorig jaar. Cruciaal voor het verwerven van dit soort fondsen is dat Blijdorp voorbeelden kan laten zien van wat ze willen bewerkstelligen. De combinatie van al dit soort plannen, ideeën en dromen vormt samen het Masterplan 2030: de leidraad voor toekomstige projecten in de Diergaarde. Erik Zevenbergen vertoonde alvast een aantal van deze concepten op de Nieuwjaarslezing. Vergeet niet dat al deze ideeën zich in een zeer vroeg stadium van ontwikkeling bevinden en het zeker jaren zal duren voordat de eerste van deze klussen, hoogstwaarschijnlijk tegen die tijd flink afwijkend van de huidige ontwerpen, ook daadwerkelijk uitgevoerd zullen worden.

In de nieuwe toekomstplannen wordt gekeken naar het combineren van de vijf rijksmonumenten die nog gerestaureerd moeten worden (Rivièrahal, Takinrots, Grote Vijver, Bongostal en Bosrendierenstal) met vooruitstrevend dierenwelzijn. Een mooi voorbeeld hiervan zijn de plannen voor de Takinrots. Het is een vrij simpel concept: de rots wordt in ere hersteld en gaat onderdak bieden aan de rode panda’s en kuifhertjes. Het Europese fokprogramma’s van beide soorten staat onder beheer van de Diergaarde en daarom vindt Blijdorp het belangrijk om toonaangevend te zijn met de huisvesting van deze dieren. Er wordt gekeken naar de mogelijkheden om de flinke lap grond achter de rots ook op te nemen in het verblijf.

Eveneens vrij eenvoudig zijn de plannen die gemaakt zijn voor de Victoria Serre, het deel van de Rivièrahal dat het dringendst toe is aan onderhoud. Blijdorp dient zich hier te houden aan de bestaande paden en architectuur. Het is de bedoeling dat de Tropenvleugel, net als nu, onderdak gaat bieden aan zeldzame tropische vogels. Er gaat veel aandacht besteed worden aan voorlichting en fokprogramma’s, het wordt wel omschreven als ‘ontmoetingsplek’ voor mens en dier. De bouwwerkzaamheden zullen zich dus hoofdzakelijk focussen op puur restaureren.

De Grote Vijver wordt omschreven als ‘blank canvas’. De diverse geschiedenis van het complex betekent dat er best veel mogelijk is met de restauratie. Er zijn hele uiteenlopende ideeën over het gebruik van het hoofdeiland en de kleinere omringende eilanden. Ook wordt er gekeken naar de toekomst van tijgers in Blijdorp: de huisvestingseisen voor deze katachtigen is sterk veranderd sinds de oplevering van de Tijgerkreek en het wordt steeds moeilijker om hieraan te voldoen. Mogelijk wordt het verblijf omgebouwd tot perken voor andere soorten, zo werden er tapirs en nevelpanters genoemd als mogelijkheden. In andere versies wordt het gebruikt als horecapunt en in weer andere versies wordt het eiland in de Grote Vijver een terras en worden de omringende eilandjes gebruikt als waterspeeltuin. Kortom: de toekomst van de Grote Vijver staat geenszins vast.

Écht spraakmakend wordt het overigens pas bij de dromen die Blijdorp heeft voor het olifantenverblijf. Taman Indah was eens het toonbeeld van dierenwelzijn en de Diergaarde wil dat het dat weer wordt. Het buitenverblijf moet groeien: het bongoverblijf, het kamelenverblijf en het gehele Aziatisch Moeras worden allemaal opgenomen in het verblijf. Het resultaat is een reusachtig perk, dat de olifanten toestaat om op natuurlijke wijze ‘rond te trekken’. De Vleermuizengrot krijgt een nieuwe bestemming als binnenverblijf voor de mannelijke olifant (of mogelijk meerdere bullen, de nieuwe afmetingen zouden dat toestaan). De oude ‘papegaaienlaan’ zou ook kunnen terugkeren in de vorm van het ‘olifantenduct’ dat al vaker besproken is in het verleden. De bongostal kan, vergelijkbaar met de Toko Tjitjak, worden omgetoverd tot een horecapunt met uitzicht op het olifantenverblijf. Hoewel het misschien klinkt alsof deze plannen gepaard gaan met het verdwijnen met veel diersoorten, valt dit best mee nu het Aziatische Moeras steeds meer leegloopt. Er wordt nog gekeken naar mogelijkheden om ook andere dieren met de olifanten samen te laten leven.

Al dit toekomstdromen werd afgesloten met de opening van de Vriendenbazaar. Een aantal van de vrijwilligers lieten een zeil met daarop een foto van de oude Vriendenwinkel zakken en onthulden zo het nieuwe gebouw, dat thematisch aansluit op de rest van het Keuzeplein en de poort naar het Azië-gedeelte. Het nieuwe pand is een hele verbetering: in plaats van in weer en wind buiten te staan en onder een afdakje naar wat knuffeldieren te kijken, kan je nu naar binnen en daar rustig rondkijken. Dit maakt het hopelijk niet alleen wat aantrekkelijker om er iets te kopen, maar betekent ook dat de vrijwilligers er beter kunnen vertellen wat de Vrienden van Blijdorp allemaal betekenen voor de Diergaarde. Hopelijk wordt het goed zaken doen: des te sneller kunnen alle mooie plannen die hierboven genoemd zijn werkelijkheid worden.

Foto: Vrienden van Blijdorp

Kort Nieuws #100

Foto: Diertje van de Dag. buissnavelvis, archieffoto
  • Nieuw in Diergaarde Blijdorp: een school ’tube-snout’-vissen (Aulorhynchus flavidus). Deze buissnavelvissen zijn overgekomen uit het Vancouver Aquarium in Canada en kunnen tot 18 centimeter lang worden. Net zoals (zoet water) naaldvissen hebben ze een erg langgerekt lichaam. Ze komen voor in de koude wateren voor de Alaskaanse en West-Canadese kusten, waar ze zich ophouden bij kelpwouden en grote groepen zeegras. Naar verwachting zullen ze binnenkort te zien zijn in het Kelpwoud waar een soortgelijke leefomgeving wordt nagebootst. In het wild zijn ze dan ook afhankelijk van kelp om hun eieren te leggen. Zootierliste, een database van dieren in EAZA-dierentuinen, beaamt dat Blijdorp de enige dierentuin in Europa is met deze diersoort.
  • Het nieuwe pad tussen de Prairie en Arctica is geopend. Tijdens de werkzaamheden aan het bizonverblijf is een beginnetje gemaakt aan een paadje dat uiteindelijk om het hele verblijf moet lopen. Voorlopig fungeert het als een doodlopend uitzichtpunt, dat wel een uniek perspectief op het verblijf van de ijsberen biedt.
  • Op 19 september is nog een witkruinmangabey geboren! Op 5 september kwam ook al een aapje ter wereld, een meisje dat de verzorgers Evita hebben genoemd. De Diergaarde levert een cruciale bijdrage aan het fokprogramma van deze zeldzame primaten. Tot de andere pasgeborenen behoren onder meer een paar Kaapse grondeekhoorns en witwangfluiteenden.
  • De Mhorr-gazelles trokken afgelopen week flink de aandacht. Op 13 september had een van de gazelles een bevalling die door aanwezigen als ‘moeizaam’ omschreven werd. Gelukkig liep het uiteindelijk goed af, het jong hupst inmiddels vrolijk in het rondte. Een andere gazelle liep afgelopen dinsdag rond met een flinke open wond op zijn achterpoot. Een oplettende bezoeker heeft de verzorgers ingelicht.
  • Afgelopen donderdag mocht jonge giraffe Kayin voor het eerst de Grote Vlakte op. Sinds zijn geboorte begin augustus verbleef hij in binnenverblijf ‘de Ui’, maar laatst kon hij eindelijk in bijzijn van zijn kuddegenoten de poten in de buitenlucht strekken. Zijn enthousiaste bokkensprongen trokken veel bekijks!
  • In de nacht van 2 op 3 september is een Laplanduil overleden. Hoewel de doodsoorzaak niet bekend gemaakt is, zou het gaan om een geval van het Usutu-virus. Beter bekend als de ‘merelziekte’, roeit dit virus op ongekende schaal merels uit, maar ook uilen kunnen geïnfecteerd raken. Wetenschappers spreken van een ware epidemie. De afgelopen jaren is het virus door muggen noordwaarts verspreid, wat tot de dood van honderdduizenden merels heeft geleid en het einde van de massasterfte is nog niet in zicht. Volgens bezoekers van de dierentuin is de andere Laplanduil een paar maanden geleden al overleden, wat dus zou betekenen dat de volière nu leegstaat.
  • Een kleine update betreffende de veranderingen in het Aziëhuis: er wonen twee slanke lori’s, een vrouwtje uit Frankfurt en een mannetje uit Antwerpen. Allebei de toepaja’s zijn vrouwtjes. De bedreigde reptielen de voorheen hier verbleven (McCords slangenhalsschildpadden, Annam-waterschilpadden en Filipijnse zeilhagedissen) komen naar verluidt allemaal terug in het te bouwen Natuurbehoudscentrum in het Oceanium.

Foto: Greet van Norde (BB-Facebook). Kleine mangabey.

Foto: Rob van Eijk (BB-Facebook)

Kort Nieuws #95

  • Nieuw in Diergaarde Blijdorp: de belangers toepaja (Tupaia belangeri). Deze dagactieve zoogdiertjes uit het vasteland van Zuidoost-Azië zijn te vinden bij de ingang van het Aziëhuis. Voorheen werd dit kleine verblijf bewoond door Filipijnse zeilhagedissen, McCords slangenhalsschildpadden en Annam-waterschildpadden. Deze bedreigde reptielen verblijven voorlopig achter de schermen, in afwachting van de oplevering van hun onderkomen in het te bouwen Natuurbehoudscentrum in het Oceanium. Aan de andere kant van het Aziëhuis wordt een verblijf ook al gereed gemaakt voor de komst van noordelijke slanke lori’s.
  • Nog meer geboortes! Inmiddels zijn er niet twee, maar drie bantengkalfjes te zien in de Maleise Bosrand. De andere twee kleintjes werden begin mei geboren, het derde jong liet wat langer op zich wachten. Verder is op 13 juni is nog een Californische zeeleeuw geboren! Het is de tweede pup van dit jaar. Moeder en kind maken het goed en besluiten vaak in het zicht van de bezoekers te gaan liggen. Ook bij de vogels van de dierentuin is heel wat jong grut te zien. Zo is in de volière bij het Weverkopje een jonge groenhelmtoerako te spotten en in de Grote Vliegkooi dartelen een paar jonge Himalayaglansfazanten rond.
  • Sinds 14 juni staat er een grote weegschaal in het binnenverblijf van de gorilla’s. De weegschaal fungeert voor de mensapen als normaal platform en wordt dan ook veelvuldig gebruikt. De Blijdorpse gorillagroep telt momenteel negen leden, waaronder de welbekende Bokito. Ze kiezen er vaak voor om een groot deel van de dag in het Mensapengebouw door te brengen. Een leuke toevoeging dus!
  • Er wordt gewerkt aan de Krokodillenrivier. Het dak wordt gerepareerd en de oude, lekkende plantenbakken worden vervangen. Verder hoopt men door het net te verwijderen meer vliegruimte te realiseren, zodat er nieuwe vogels geïntroduceerd kunnen worden in de hal. Tegenwoordig leven er alleen nog violette schildtoerako’s en driekleurglansspreeuwen, andere soorten zoals de emeraldspreeuwen en sneeuwkaptapuiten zijn geleidelijk uit het bestand verdwenen. Blijdorp hoopt deze en andere vogelsoorten weer terug te zien in de toekomst!
  • Korte bouwnieuwtjes: begin deze week is de spoorwegovergang opgelapt. De voorheen aftandse betonnen constructie is nu behangen met afbeeldingen van bladeren. Waar bij de scheiding van de oude en nieuwe zijde van de Diergaarde groen bij is gekomen, is op het eiland van de baardapen flink gesnoeid. De bewoners zijn nu weer goed te bezichtigen!

Foto: Lars Timmers (BB-Facebook)

Foto: Leo Brentjes (BB-Facebook). ”Paar uurtjes oud”

Foto: Josien de Vries (BB-Facebook)